Levensbeschouwelijk- en moreel zelfportret
Beschrijf je mens-, gods- en wereldbeeld op dit moment. Beschrijf wat voor jou ‘het goede leven’ inhoudt en welk zelfbeeld je hebt.
Mensbeeld:
Mijn beeld op de mens is lichtelijk negatief. Wij leven in een maatschappij waarin wij worden geleefd, met al die elektronica en reclameborden. Iedereen gaat maar door en wil steeds meer en groter. Ik vind het jammer dat mensen niet veel meer stil staan bij het hier en nu en ik denk ook dat mensen steeds minder genieten van wat ze hebben en meemaken. Doen mensen nog wel wat ze echt willen? Of doen ze alleen wat van hen wordt verwacht?
Ik denk dat wij nog steeds minder invloed hebben op ons gedrag dan we denken. De vrije wil houdt mij de laatste tijd bezig. Ik denk dat wij die geen hebben maar dat alles al vast staat. Hier maak ik nu ook mijn essay over dus zal hier niet te diep op ingaan. Verder vind ik dat we niet meer zo sociaal zijn als voorheen. Dat komt denk ik door de technologie. We worden meer geleefd dan dat we leven. We houden ons constant voor de gek en moeten in mijn ogen meer op zoek naar de waarheid. We nemen alles bijv. van het nieuws maar aan voor waar terwijl dat niet hoeft te kloppen. Ik denk ook dat mensen meer boeken moeten lezen. Daar wordt je denk ik slimmer van. Je stimuleert je hersenen daar meer mee dan op een telefoon zitten en facebook en dergelijke doorbladeren denk ik.
Mijn beeld op de mens. Ik sluit mij nog steeds aan bij mijn vorige beeld. Alleen mensen zijn niet alleen met technologie bezig denk ik nu. Zij zijn bezig met een autonoom leven, iets bijzonders mee willen maken wat niet iedereen meemaakt. Ze zijn op zoek naar rust in deze stressvolle tijd. Mensen worden steeds meer bewust van waar ze mee bezig zijn. Zoals de natuurreferenties die pas gehouden zijn. Het zou mooi zijn als mensen meer samenleven i.p.v. oorlog voeren en anderen de schuld geven van fouten.
Godsbeeld/beeld van het hogere:
Ik denk dat er niet een god bestaat of heeft bestaan. Het is een verzinsel om mensen ergens in te laten geloven. Ik denk dat als wij komen te overlijden de geest uit ons lichaam treed en deze in een nieuw geboren kind settelt. De herinneringen en ervaringen zitten in de hersenen en die sterven met het lichaam. De geest begint als het ware opnieuw. Hierbij telt ook de geest van dieren. Er komen steeds minder dieren en steeds meer mensen, zo blijft dit proces in evenwicht.
Ik denk hier nu een beetje anders over. Nu denk ik niet meer dat er iets is na de dood. We zijn hier allemaal zonder reden gekomen en zo zullen we ook weer gaan. Het is wel goed dat mensen geloven, maar ik kan woedend worden op mensen die er misbruik van maken en roepen dat ze gelovig zijn maar niet weten wat het inhoud. Net als bijvoorbeeld de IS strijders. Ik geloof in de theorie van Darwin. Dat we constant evolueren en het begonnen is met een bacterie. Er is geen god geweest die de wereld heeft geschapen in mijn beleving. Ik denk wel dat er iets spiritueels is maar dit is geen god maar een gevoel of stofje in je lichaam die weer verklaard kan worden door de wetenschap.
Mijn beeld van het hogere is nog steeds dat er niets is na de dood. Het moet nu gebeuren op aarde en niet later. Je bent nu verantwoordelijk voor je daden en geluk. Ik vind het te makkelijk gedacht als je denkt in een volgend leven doe ik het beter of dan ga ik het anders doen. Waarom zou je dat niet nu al doen? De theorie van Darwin geloof ik ook nog steeds. Of er nog iets is buiten ons zoals geesten of iets dergelijks. Als dat zo was zouden we het allang geweten hebben. Ik denk dat het met ons gevoel te maken heeft en met verbeelding. De hersenen verklaren bepaald gedrag en daar geloof ik meer in dan ‘spookverhalen’.
Wereldbeeld:
Mijn wereldbeeld is ook niet positief. Hoe ik naar de wereld kijk als mens, is beschamend. Ik vind dieren net zoveel als mensen, en toch bepalen mensen wat er gebeurd. Ze vernielen de aarde, fokken dieren om onze overbevolking te kunnen voeden en doen andere dingen die eigenlijk onmenselijk zijn. Het maakt mij ook een beetje boos om te zien hoe der machtspelletjes in de wereld gespeeld worden. Het gaat allemaal om geld en status, terwijl dit eigenlijk niks is. Geld is gewoon ijzer en hout en status is ook te bespreken.
Hier denk ik nog steeds hetzelfde over. Ik vind het nog steeds jammer om te zien dat de mens macht belangrijker vind dan de mooie natuur. Ik begrijp nu wel waarom het zo is en de mens heeft die oerdrift erin zitten en kan daar ook niets aan doen. Het is alleen zo jammer om de wereld zo te zien. Nu kijk ik ook meer naar de dingen vanuit een ander perspectief. Ik probeer te begrijpen waarom iemand handeld zoals die handeld. Het is toch de mens die beperkt is in zijn handelen doordat hij vrijheid heeft. Tenminste daar geloof ik in. Gedoemd tot vrijheid zei een filosoof daarover. Daar kan ik mij in vinden. Omdat we zoveel “keuzes” kunnen maken kunnen we ook de fouten maken. Het zou voor mij ideaal zijn als mensen naar elkaar gingen luisteren in de wereld. Dat zou al zoveel rottigheid schelen.
Voor mij is het nog steeds hetzelfde. De mens hoort niet de macht te hebben in de wereld. Het zou allemaal gelijk moeten zijn. De natuur is ervoor gemaakt om alles automatisch te laten draaien en daar hoeven wij mensen niets mee te doen. Het is belachelijk dat wij dieren uitmoorden en de aardgassen opmaken. Als de wereld ten onder gaat hebben wij dat zelf gedaan. Wat ik het ergste vind is dat de mensen met de meeste macht hierover gaan en je er niks aan kan doen. Of mensen vrij zijn weet ik niet. Voor mijn gevoel doen we allemaal dingen die we niet altijd willen. Ben je dan vrij? Doe je het voor het geld omdat het moet of omdat we het willen? Die vragen gaan de laatste tijd vaak door mijn hoofd. Waarom zouden wij iets doen wat we niet willen? Als we niet zouden werken dan hebben we geen geld, geen geld betekend geen eten en onderdak. Belachelijk eigenlijk als je ziet hoeveel eten er is en wat er op een dag weggegooid wordt. Kan hier niet een nieuw systeem voor uitgevonden worden? Dat zou mooi zijn, dat zou ik willen.
Het goede leven volgens jou:
Het goede leven is volgens mij, genieten van de momenten die je meemaakt elke dag en geen tijd verspillen aan de dingen die je niet gelukkig maken. Bewust zijn van wat je wil en hier aandacht aan besteden. Wacht niet op je dromen maar ga ze nastreven.
Het goede leven vind ik nu wanneer je meer naar een ander kan luisteren, voor jezelf op kan komen en in harmonie samen leven. Geen oorlog en gelijkheid voor iedereen. Ik vind dat er vaak te veel machtsverschil zit in mensen. Ik vind ieder mens gelijk en zo zouden wij ook moeten leven. Samen treinreizen en niet uit elkaar zitten. Emoties weer toelaten en zeggen wat er is. Dan zou er in mijn ogen meer liefde zijn en warmte. Dat is toch wat een mens nodig heeft. Waarom slecht voor elkaar zijn, als er zoveel moois te geven is!
Het goede leven. Geen oorlog, in harmonie met elkaar samenleven. Iedereen wordt in zijn waarde gelaten. Je mag zelf bepalen wat je doet en er zijn maar een paar regels. Die na geleefd zouden moeten worden. Zoals niet doden, anderen niet discrimineren, goed samenwerken en zo nog een paar regels. Er zouden bij mijn ideale wereld geen klasse zijn, iedereen zou gelijk zijn. Voor het persoonlijke deel zou het voor mij betekenen dat je doet wat je gelukkig maakt en geen dingen doen die je niet wil.
Zelfbeeld:
Ik ben iemand met veel zelfkennis en iemand die veel nadenkt. Zelfkennis als in wat ik wil in het leven, wat mij tegenhoud om dit te bereiken en wat ik moet doen om het te behalen. Ik weet ook dat hierin altijd keuzes worden gemaakt en ik het persoonlijke zwaarder meetel dan het praktische. Ik ben iemand die zichzelf wil verrijken en zoveel mogelijk mensen wil spreken met levenservaring en andere kijken op de wereld. Hierin ben ik open minded.
Ik kom totaal terug op wat ik hierboven heb geschreven. Ik ben iemand die juist niet veel zelfkennis heeft want ik blijf mijzelf tijdens deze minor steeds opnieuw ontdekken. Nu vraag ik mij ook af of je jezelf ooit helemaal kan kennen. Ik wil nog wel steeds meer openheid met anderen om mijzelf te blijven verrijken. Ik weet nu dat ik geen geloof wil volgen maar wel de regels van het geloof zoals ze in de Bijbel staan. Meer liefde geven aan mijn naasten, armen en minder bedeelden helpen in de samenleving. Ik sta meer open voor meditatie. Hier had ik eerst niet zoveel mee maar nu vind ik het heerlijk om te doen. Ik wil zelfs niet meer zonder. Ik ben meer boeken gaan lezen om mijn hersens te blijven activeren op een dag. Ik merk dat ik mij daarbij fijner voel en beter kan nadenken.
Ik ben iemand die erg op een ontdekkingsreis is gezet in deze minor. Ik heb meer geleerd te voelen, na te denken over bepaalde kwesties in het leven, de rust in mijzelf gevonden (nu nog vasthouden) en mijzelf op een andere manier leren kennen. Ik heb een grote sprong naar mijzelf leren kennen gemaakt. Deze minor heeft mij laten zien dat het er toe doet wat je zelf wil en je niet voor anderen moet leven. Je moet doen waar je goed in bent en wat je leuk vind. Jezelf leren kennen is een van de mooiste dingen die er is. Dit houdt ook nooit op voor mij. Ik sta meer open voor verandering en ervaringen.
1. Wortels
a. Beschrijf mens-, gods- en wereldbeeld van ouders en grootouders (eventueel o.b.v. interviews).
Wereldbeeld: Er heerst veel onrust in de wereld en ellende. B.v. asielzoekers en oorlogen. Deze zijn nutteloos, mensen moeten gewoon op een goede manier samen kunnen leven. Mensen moeten elkaar niet de schuld geven maar naar zichzelf kijken.
Mensbeeld: Mensen zijn meer op zichzelf gericht en egoïstisch. Mensen worden steeds minder sociaal door de media. Ze hebben ook minder respect voor de andere. Ze zijn steeds meer agressief en minder ontspannen. Bijvoorbeeld in het verkeer en tijdens het uitgaan.
Godsbeeld: Ze vraagt zich af of er iets is of juist niets. Hangt een beetje tussen die twee in. Net wat uitkomt. Mensen verdwijnen niet zomaar, er moet iets zijn maar wat weet ze niet. Dat voelt ze. Ze heeft respect voor anderen die geloven en die mensen zijn oké. Iedereen mag geloven wat ze geloven. Mensen moeten in hun waarden worden gelaten.
b. Beschrijf wat volgens jou de dominante visie is in de maatschappij op mens, god en wereld (media, ed.).
God is verzonnen door mensen om dingen voor elkaar te krijgen. Zo konden mensen van hogerop richting geven aan het leven en zo mensen sturen. God bestaat dus niet meer zo, maar mensen geloven wel dat er iets is. Ieder doet dit op zijn eigen manier. Het geloof is ook niet meer zo streng als vroeger. Je kunt ook katholiek zijn zonder naar de kerk te gaan.
Ik denk nu dat mensen sterk hun eigen geloof kunnen kiezen. Het wordt niet meer opgelegd zoals vroeger. In de media wordt ook ondanks Darwin een andere stap gemaakt richting geloof. Ik zie dat mensen die een keuze kunnen maken in het geloof hier niet zo snel voor kiezen. Als zij dit wel doen dan staan ze er ook meer achter. Wel is het minder geworden sinds de theorie van Darwin en de schande van de katholieken kerk. Ik denk dat wij veel niet weten over wat er echt in de wereld gebeurd. Ik denk dus dat de media ons “dom” houdt. De media bijvoorbeeld krijgt een steeds grotere rol door alle technologie. Hiermee kunnen zij mensen sturen en denkt de maatschappij steeds minder na.
Mensen willen ergens in geloven. De media stuurt mensen een bepaalde kant op. Hierbij worden macht spelletjes gespeeld denk ik. De mens doet wat hij moet doen in de wereld, houd zich aan de regels en anders wordt hij gestraft. God is steeds minder in beeld in onze maatschappij. Kloosters vervagen, kerken worden minder bezocht en mensen zijn meer op zoek naar hun god in zichzelf.
c. Beschrijf je culturele, geografische en sociaal economische achtergrond.
Ik ben gedoopt in de kerk, heb mijn communie gedaan en toen ik zelf mocht bepalen of ik een vormsel deed of niet heb ik dit niet gedaan. Mijn ouders hebben mij dus katholiek opgevoed en op een bepaalde leeftijd laten kiezen. Ik ben hier vrij in gelaten alleen moest ik wel met kerst naar de kerk tot mijn 16e ongeveer. Mijn ouders zijn zelf ook niet streng gelovig en deden het meer omdat het erbij hoorde “zij wisten niet beter”. Wij hebben niet rijk geleefd maar wel altijd goed rond kunnen komen zonder problemen.
2. Je levensverhaal
a. Schets je levenslijn en markeer de momenten die bepalend zijn geweest voor jouw ontwikkeling en beschrijf die (bijvoorbeeld a.d.h.v. de gebeurtenissen, ontmoetingen, keerpunten, personen)!
7 jr. operatie aan mijn buik. Hierdoor ben ik nog steeds bang voor ziekenhuizen. Dit komt omdat mij verteld was dat als ik wakker was, mijn moeder aan mijn bed zou staan. Dit is niet gebeurd voor een kwartier en het is me nooit echt gelukt dat een plek te geven.
11 jr. middelbare school, hier paste ik niet goed in en werd daarom gepest. Dit heeft mij toen tot een stil meisje gemaakt.
15 jr. Ouders zijn gescheiden, Dit was een moeilijke tijd. Hierin moest ik veel voor mijn moeder zorgen en miste daardoor het echte puber zijn en afstand van mijn moeder nemen (wat in deze leeftijd fase hoort).
15 jr. Relatie met Jorg. Hier kwam ik achter dat ik niet op mannen viel maar op vrouwen.
16 jr. MBO dit is de tijd waarin ik mijzelf leerde kennen en leerde wat belangrijk is in het leven. Ik kon hier mijzelf zijn en ook mijn seksualiteit ontdekken.
18 jr. Ik kwam uit de kast voor mijn ouders, familie, vrienden etc. Dit heeft mij ook gevormd. Ik durfde vanaf toen helemaal mijzelf te zijn.
19 jr. Reis naar Thailand. Hier heb ik ontdekt dat ik niet wil horen in de drukte van onze samenleving. Ik wil vrij zijn, dat betekend voor mij, niet naar de tijd kijken, ontspannen leven, geen stress etc.
21 jr. Op kamers gegaan. Dit is een goede stap voor mij geweest. Ik heb hier geleerd om los te komen van mijn moeder en verder te ontdekken wat ik wil en met wie ik wil omgaan. Ik had die tijd heel veel vrienden, maar dat werd te veel. Ik had geen tijd voor mijzelf meer en begon toen echt te kijken naar wie ik als vriend wilde en wie niet. Dat deed ik door te kijken wie mij energie gaf en wie mijn energie pakte.
22 jr. Stage Door en Voor. Hier heb ik veel mensen ontmoet die een erg zwaar leven hebben gehad en er weer bovenop zijn gekomen. Van hun heb ik geleerd dat het altijd goed komt. Hoe erg een situatie ook is of voelt, het kan altijd goed komen, als je zelf maar blijft vechten.
22 jr. Relatie met mijn huidige vriendin. Zij laat mij zien hoe goed het kan zijn in een relatie na een aantal slechte ervaringen/relaties. Bij haar kan ik helemaal mijzelf zijn en hebben we een goede balans in onze dingen. Dit geeft mij nu ook energie.
23 jr. de inspiratie 3-daagse. Hier heb ik rust gevonden die ik erg prettig ervaren heb. Deze heb ik gekoesterd en probeer ik nog elke dag terug te vinden.
23 jr. Romereis. Deze heeft mij in laten zien wat geloof tegenstrijdig kan zijn met uitingen en waar het eigenlijk voor staat. Ook mijn eigen persoonlijke ontwikkeling is hier vooruit gegaan. Ik ben mijzelf daar tegen gekomen en weet beter wat ik wel en niet wil.
3. Zin van het leven
a. Hoe kijk jij aan tegen de zin van het en van jouw leven?
De zin van het leven.. Ja, Ik denk dat wij op aarde zijn om daarna weer te sterven. Mensen willen het betekenis geven door doelen te maken en andere dingen te bereiken. Er is alleen geen gemeenschappelijk doel in dit leven. Persoonlijke doelen komen boven het gemeenschappelijk doel. Hierdoor wordt de natuur zoals die vroeger was, veranderd in huizen en wegen etc. Omdat mensen aan geld denken en niet aan de natuur en dat we die nodig hebben om te overleven. Het beeld wat ik heb van de zin van het leven is eigenlijk dat we maar wat doen, waardoor er niet echt een duidelijke zin van het leven voor mij uit komt. Wie weet veranderd dat deze minor nog.
Ja, ik denk nog steeds hetzelfde over de zin van het leven. We doen maar wat en uiteindelijk sterven we. Wat we daartussen doen kan je voor een deel zelf bepalen maar het maakt niet zo heel veel uit want uiteindelijk sterf je en daarna is er denk ik niets meer. Daarom denk ik dat we met de dag moeten leven en genieten van elkaar en van het moois in het leven.
Hier denk ik nu nog steeds hetzelfde over. Wel vind ik het steeds belangrijker om vastigheid te hebben. Een vast inkomen of een vaste woonplek. Vrije tijd heeft voor mij nog veel waarde omdat ik het belangrijk vind dat het leven niet aan je voorbij gaat maar dat je kan genieten op elk moment. Je moet geen dingen doen die je niet leuk vind, of ze moeten je achteraf geluk geven bijvoorbeeld sporten. Ik vind anderen ook een stuk belangrijker nu. Ik ben graag onder mensen en hoe ik mij daarin voel vind ik ook belangrijk. Ik vind dat je altijd jezelf moet kunnen zijn en dit niet moet laten bepalen door anderen.
b. Welke betekenis ken je toe aan dood, ziekte, ‘ongeluk’ en het kwaad?
Na de dood denk ik dat we weer in een ander lichaam of dier verder leven. Als een nieuw blad wat weer opnieuw geschreven moet worden.
Ziekte is er om de mensen te onderdrukken. Het is er zodat we niet te groot worden. Als dat er niet zou zijn, zouden er nog meer mensen op de wereld zijn. Dan zouden we sterven aan overbevolking.
Kwaad ben ik erg tegen. Als in iemand kwaad doen. Als iedereen lief heeft is deze wereld veel mooier. Hoe moeilijk is het om iemand te accepteren hoe die is, en liefde aan elkaar te geven. Ik kan er vaak niet tegen als er kwaad wordt gedaan, maar wil dan wel begrijpen waarom iemand dit zou doen. Daarmee wil ik andere mensen die misschien het zelfde meemaken helpen.
Mensen die zich verschuilen achter ongeluk, vind ik irritant. Kijk een ongeluk met een auto of iets dergelijks daar kan je niet altijd iets aan doen, maar wel hoe je hiermee omgaat.
Nu denk ik heel anders over de dood. Ik denk dat er niets is. Het kan niet zo zijn dat er al eeuwen mensen zijn die reïncarneren etc. Dat houdt ergens op. Ik vind het wel een mooie gedachte dat het doorgaat maar ben nu een stuk realistischer. De vraag is inderdaad of dat realistischer is maar ik geloof niet meer in leven na de dood. Dit komt denk ik ook door het boek van Dick Swaab die zegt dat alles gebeurd in onze hersenen en als die dood zijn is er niks meer. Het lijkt mij dan ook onlogisch dat er een ziel is dergelijke.
De dood is er om balans te houden in het leven. Als iedereen zou overleven en niemand dood zou gaan raakt de aarde uit balans. Zoals nu al eigenlijk gebeurd door te veel kinderen. De bevolking wordt groter dan de aarde eten en drinken kan produceren. Het kwaad zorgt ervoor dat het goede meer betekenis heeft. Ongeluk bestaat niet in mijn ogen. Het gebeurd of niet maar dat heeft zo moeten zijn.
c. Hoe kijk jij aan tegen de kwaliteit van je bestaan in relatie tot jouw opvatting van ‘het goede leven’?
Ik ben te veel bezig met dingen die ik niet wil doen, zoals naar school gaan en werken en dan geld verdienen zodat ik kan eten en een dak boven mijn hoofd heb. Daar wil ik niet mee bezig zijn. Waarom zouden we niet allemaal kunnen doen wat we leuk vinden en niet wat we moeten doen om maar te passen in de samenleving? Ik probeer hier zoveel mogelijk vrijheid in te vinden, maar dit lukt niet altijd. Wel met de keuze van deze minor doe ik iets wat ik leuk vind en niet persé goed is om later een baan te vinden, zoals bij andere minors zou zijn. Hier heb ik bewust voor gekozen.
Hier ben ik het nog steeds volledig mee eens.
Ik vind dat de kwaliteit van het bestaan je eigen doel vinden moet zijn. Het is een mooie wereld waar we op leven en hier moeten we het mooiste uit halen zolang we er zijn. Je hebt je lot zelf in de hand en hier moet je niet voor weglopen als het moeilijk wordt of je pech hebt vind ik.
d. Wat is voor jou de betekenis van werk?
Ik vind dat werk vrijwillig moet zijn. Als we terug in de tijd gaan en alleen konden ruilen wat we zelf gemaakt hadden en daarmee overleven zou ik meteen tekenen! Met werken verdien je geld en mijn kijk op geld is niet positief. Geld is materiaal en omdat wij vinden dat het waarde heeft, of omdat iemand ooit heeft gevonden dat dit een goed middel is, gebruiken we het maar. Er is geen keuze in, maar je moet het wel gebruiken om te overleven. Je wordt daardoor gedwongen om te werken en dat vind ik belachelijk. Alles in het leven staat in het teken van geld en werken, terwijl het leven om liefde en vriendschap zou moeten gaan.
Dit vind ik ook nog steeds alleen ik denk nu zelfs ook dat geld ervoor zorgt dat er oorlog is en daarbij is het voor mij echt overbodig. Wel denk ik dat er dan een nieuw systeem moet komen wat eerlijker is zodat er geen chaos ontstaat. Werk op zich vind ik goed als je er gelukkig van wordt. Het is ook een dagbesteding. Als je thuis zit en de hele dag niks hoeft te doen wordt je in mijn ogen niet gelukkig. Dus werk is wel belangrijk als je maar doet wat je leuk vind en het geen moet of plicht wordt.
Ik vind nog steeds dat werk alleen voor geld is en het voor mij dus niet echt hoeft. Tenminste, niet met dit geldsysteem. Als er één punten systeem was met dingen die mensen voor elkaar doen zou ik het minder erg vinden. Geld is een zodanig belangrijke rol in het leven en wat is het nou. Papier en ijzer.. Belachelijk dat daar oorlogen om gemaakt worden en ruzies tussen mensen die van elkaar houden. Bij werk op zich, vind ik het belangrijk dat je doet wat je wilt doen en waar je gelukkig van wordt.
e. Welke betekenis geef jij aan je beroep?
Mijn beroep maatschappelijk werk- en dienstverlening heeft voor mij veel betekenis. Dit betekend dat je andere helpt en zo mensen een beter leven kan geven, wanneer zij hier zelf niet toe in staat zijn. Dit beroep wordt helaas niet altijd uitgevoerd zoals ik het zou willen. Er is daarvoor niet altijd genoeg menselijk contact en er moet veel papier werk worden gedaan. Wat in mijn ogen nergens op slaat want alles wat hierin staat kan de persoon die je helpt ook zelf vertellen aan je. Het is wel belangrijk dat het blijft bestaan en ik wil hier ook zo goed mogelijk in worden, maar wel op mijn manier. Dus dat wordt een goede uitdaging.
Mijn beroep is er voor mensen die hulp nodig hebben. Ik zou dit ook doen als ik er niks voor betaald kreeg. Sterker nog ik heb dit een tijdje als vrijwilligerswerk gedaan. Helaas is deze maatschappij niet leefbaar als je geen geld verdient dus moet het wel voor de kost gebeuren. Wat ik merkte is dat als je het voor het geld doet je ook anders je werk doet. Je gaat op tijd naar huis, minder aandacht voor de cliënt etc..
f. Hoe zie jij jezelf als onderdeel van het grote geheel (mensheid/samenleving/wereld/kosmos)
Iniminie! Ik zie mijzelf meelopen in de grote massa, ondanks dat ik daaruit wil stappen. Wij weten alleen wat ons verteld is. Er wordt gezegd dat het universum eindeloos is, maar is dat wel zo? Wie heeft daar bewijzen van? En zouden deze bewijzen dan kloppen? Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat wij het enige levende zijn in het heelal. Wel geloof ik dat zij niet dezelfde vorm hebben als mensen of dieren, omdat wij voor deze aarde gemaakt zijn en ons aan gepassen hebben. Op een andere planeet of iets dergelijks zijn weer hele andere omstandigheden, dus ook andere gedaantes.
Nog steeds iniminie. Ik ben maar een ukkepuk op deze onmensgrote wereld. Daarom wil ik lekker mijn ding doen en genieten van elke dag.
4. Inspiratiebronnen
a. Personen, boeken, films die je inspireren
Margareth, mijn tante. Zij heeft een goede kijk op het leven in mijn ogen. Doet wat ze zelf wil en probeert het anderen ook zo goed mogelijk naar hun zin te maken. Ze maakt veel reizen en verreikt zo haar wereldbeeld, wat ik ook graag zou willen.
Charles Darwin, The origin of spicies. Door dit boek geloof ik niet in een god of naar iets meer. Ik sta helemaal achter zijn ideeën. Hij heeft mij op een bepaalde manier leren kijken naar de wereld.
Pink, artiest. Zij heeft mij geïnspireerd toen ik rond de 16 was om mijzelf te zijn. Ik leerde door haar wie ik wilde zijn en ging me hierdoor ook uiten.
b. Welke bronnen zou je willen aanboren?
Charles Darwin zijn theorie. Ik weet hier nog niet alles van en zou dat wel graag weten. Zo kan ik ook anderen vertellen over zijn theorie als mensen dat willen weten.
Dick Swaab. Zijn theorie zouden een hoop mensen wijsheid kunnen brengen en zijn allemaal onderbouwd.
c. Wat is de betekenis voor jou van spirituele en/of religieuze inspiratie?
Voor mij betekend het rust vinden in jezelf en weten welke kant je op wil met je leven. Dat vind ik erg belangrijk. Het is goed om bij jezelf te blijven en weten wat je wil in het leven. Anders ga je mee met de massa en kom je er aan het einde van je leven achter dat het al voorbij is.
Deze inspiratie zie ik als de belangrijkste. Deze geeft je de meeste kracht en is niet te bevatten en hierdoor niet te sturen. Het is mooi als je hierdoor bewogen wordt en een gift als je het meemaakt.
5. Dromen en idealen
a. Wat zijn je persoonlijke dromen en idealen?
Zo veel mogelijk gelukkig zijn en genieten van het hier en nu.
Reizen maken om mijzelf te verrijken.
Genieten van elke seconden in het leven en niet te veel stressen. Weet wat je wil en ga daarvoor. Niet doen wat anderen willen dat je doet, alleen als je het zelf wil. Dan wordt je het gelukkigste.
b. Wat zijn je beroepsmatige dromen en idealen?
Mijzelf kunnen blijven in het werk, ondanks de vele taken die er opgedragen worden en manieren van werken.
Werken als vrijwilliger in het maatschappelijke werk maar toch rond kunnen komen.
c. Hoe ziet jouw ideale samenleving eruit?
Groen, overal natuur en niet te veel mensen. Geen elektronica maar terug naar de basis!
Ja precies wat hierboven staat. Geen geld.
d. Hoe ziet voor jou ‘de goede burger’ eruit?
Lief voor anderen, neemt tijd voor zichzelf en doet wat hij of zij fijn vind zolang dit anderen niet schaad.
Het is belangrijk dat je een ander geen pijn doet. Heb je naasten lief en hallo op straat zeggen tegen elkaar maakt iedereen een stukje gelukkiger.
e. Hoe draag jij als professional bij aan het realiseren van een mooie samenleving?
Door mensen te helpen die het moeilijk hebben, zo geef ik ze weer een mooi leven.
Mijn eigen visie vertellen aan anderen en mijn visie proberen uit te voeren.
f. Hoe verhouden bovenstaande dromen en idealen zich met jouw levensbeschouwing?
Wat ik belangrijk vind, vind ik ook belangrijk voor anderen. Wat ik mij nu wel besef is dat anderen misschien heel anders willen leven dan mij en het misschien juist fijn vinden om elektronica te hebben en zekerheid met werk en kinderen etc. Hier ga ik mij verder in verdiepen. Wat is dan nu echt een goede burger?
Dit is nog steeds hetzelfde.
